

Munzo
Bekijk de Munzo in actie op YouTube 1
Bekijk de Munzo in actie op YouTube 2
Bij het bouwen van de Munzo, een lage racer met achterwaarts gerichte vork, heb ik me laten inspireren door een ontwerp van Bauke Muntz. De Munzo is een prototype en nog niet het eind van een proces. Enkele voordelen van de achterwaarts gerichte vork zijn: een kortere ketting, een naar voren verplaatste kettingrol en wellicht een beter rendement. Kenmerkend voor FastFWD zijn de deelbaarheid en het U-vormige stuur. Grote dank dus aan Bauke Muntz en Frank Bokhorst.
Met omgekeerde vork op weg naar de ideale lijn
Rij-impressie Bram Smit's Munzo
Door Rembrandt Bakker en Marieke Rijkse ( uit Lig fiets& 2006-2 )
In een klein schuurtje achter een huis in een nieuwbouwwijk te Naarden ligt het atelier van ligfietsexperimentalist Bram Smit. Vroeg op een zondagochtend bellen Marieke en ik bij hem aan, om zijn nieuwste prototype op te halen. Het is een lage, voorwielaangedreven racer van het type 'omgekeerde voorvork'. Terwijl we de fiets bekijken krijgen we een pak natte sneeuw op ons dak. Geen nood, want die middag is de laatste wedstrijd van de winter-competitie op de baan in Sloten. Een prachtgelegenheid om de fiets aan de tand te voelen. Kunnen we met die omgekeerde vork de ideale lijn vasthouden?Bram is een man van orde en netheid. Dat zie je aan de fiets, maar ook aan zijn werkplaats. In het fietsenschuurtje is alles wat een zelfbouwer begeert keurig verrijdbaar aan de kant geschoven, opgehangen aan het plafond of in kasten opgeborgen. Even wat fietsen naar buiten gooien en je kunt aan de slag. De buurt vondt het allemaal prima, tot afgelopen zomer toen Bram een paar wieltjes stond te maken. Hij spaakt ze niet, maar decoupeerzaagt ze uit composietmateriaal dat ook voor vliegtuigvloeren wordt gebruikt. Inmiddels is de verstandhouding weer in orde, maar de space-age wieltjes zijn in de ban.
De bekendste fiets van Bram is de deelbare lage racer. Toen Bram zelf nog fervent ligfietsracer was vond hij die enorm lange raceliggers maar moeilijk in de auto passen. De Flevo-Bike met kantelknikbesturing was deelbaar, maar niet racy. Er werd toen al volop geëxperimenteerd met voorwielaandrijving waarbij de ketting tordeert bij het insturen, en deze techniek combineerde Bram met een handig deelsysteem. De afgelopen tien jaar heeft Bram een stuk of vijftien deelbare racers gemaakt en verkocht onder de naam FastFWD. Hij zit niet op seriewerk te wachten, en is dan ook enthousiast bezig met nieuwe ontwikkeling. Het Ligflits artikel van Bauke Muntz (zie Ligfiets& 2004-5) interesseerde hem in hoge mate. Een voorwielaandrijving helemaal zonder kettingrollen en buisjes, alleen maar door de voorvork niet naar voren maar naar achteren te laten wijzen? Dat klinkt te mooi om waar te zijn.
Oogcontact
Na een eerste prototype verlaat Bram dit idee: hij vindt dat de besturing teveel wordt beïnvloed door het krachtzetten op de pedalen. Het leuke is dat collega zelfbouwer Erik Hartemink juist wel in volle overtuiging met het oorspronkelijke ligflits idee verder gaat, zoals hij elders in deze Ligfiets& laat zien.
Ondertussen gaat ook Bram verder met de ligflits, maar in gewijzigde vorm. De testfiets is het resultaat, genaamd Munzo. De fiets heeft wel een naar achteren wijzende voorvork, maar verder 'normale' voorwielaandrijving: met een knik in zowel de heen-als teruggaande kettingloop bij het balhoofd. De kettingrollen zijn dus terug, maar de ketting is wel korter, en de kettingrollen zitten ver naar voren zodat je knieën er niet tegenaan kunnen komen.
Als we met de gedeelde fiets naar Sloten autoën breekt de zon door. Direct gaat de auto aan de kant en even later zoeven we met een flinke storm in de rug langs de Amstel. Marieke rijdt op de Munzo. Zo laag (zithoogte 23 cm) heeft ze nog niet eerder gelegen. Je hebt minder makkelijk oogcontact met autobestuurders. Drempels zien er angstaanjagend uit, maar vallen erg mee dankzij de redelijk lange wielbasis van 118 cm. De fiets is vrij stug geveerd en heeft smalle racebandjes. Daardoor heb je veel voeling met de weg en wil je niet teveel klinkers tegenkomen.
Trapkrachten
Terwijl we met een kleine veertig km/uur over een dijkje zoeven laat de omgekeerde voorvork niets van zich merken. Dit feit alleen al is een geweldig resultaat. Heerlijk om te voelen dat het stabiel is, terwijl iedereen is groot geworden met het idee dat vorken naar voren horen te wijzen. De vork maakt een hoek van 100 graden met het wegdek, en heeft een naloop van 4,5 cm. Behalve stuurstabiliteit wil je op een voorwielaandrijver geen interactie tussen sturing en de trapbeweging. De testfiets scoort op dat punt goed zolang je rechtuit rijdt in een gemiddeld verzet. Als je doortrapt in een bocht voel je wel dat de trapkrachten het stuur wat laten slingeren. Problematisch is dat niet, je armen vangen het op.
Even wat theorie: het stuurmoment veroorzaakt door de kettingspanning is gelijk aan kracht maal arm. De kracht is de kettingspanning, voorzover deze loodrecht op de stuuras staat. De arm is de kortste afstand tussen kettinglijn en stuuras. Om geen last van dit stuurmoment te hebben, moet je kracht en arm beide klein maken. De kracht krijg je klein door de ketting precies parallel aan de stuuras te laten lopen. De arm krijg je klein door de ketting zo dicht mogelijk langs de stuuras te laten lopen. Bij de testfiets is de arm zo'n 15 cm, terwijl dit bij een gewone voorwielaandrijver minder dan de helft is. Dit verschil voel je pas bij insturen, omdat dan de ketting¬lijn niet meer parallel loopt aan de stuuras.
Stuurstang
We worden zo hard vooruitgeblazen door de storm dat we de tijd vergeten. Na een flink stuk tegen de wind in beuken zijn we op het nippertje op tijd in Sloten voor de wedstrijd. Marieke heeft nog nooit eerder op een ovaal met kombochten gereden, maar heeft op de racer geen moeite met het vasthouden van de ideale lijn.Tijdens al die rondjes kan ze op haar gemak de details van de fiets bestuderen. Het stuurscharnier bijvoorbeeld, dat heel vernuftig uit een trapas met een stuk afgezaagde crank gemaakt is. Of het geleidewieltje voor de teruggaande ketting, met binnenin een zelfstellend lager dat helpt om scherper te sturen. De maximale stuuruitslag is hiermee een graad of veertig, net genoeg om op een brede straat te keren. Een onverwacht voordeel daarbij is dat je langer kunt doortrappen in de bocht, omdat het wiel niet snel tegen je voet stuurt. Dit zou zelfs een reden kunnen zijn om de omgekeerde voorvork toe te passen op een achterwielaangedreven cross-ligfiets. Daarbij kun je dan mooi de framevering inbouwen die Frank Bokhorst noemde in Ligfiets& 2004-5: met de vork ver naar voren worden de stoten op het voorwiel via een omweg aan de zitting doorgegeven. Met een chroomstalen vork en frame kun je die effectief dempen. Typerend voor Bram's fietsen is het hoefijzervormige stuur, dat schuin omhoog naar je toe wijst. Een ideale handpositie, vinden wij, mits het stuur ver genoeg van je malende benen afzit. De testfiets is op dit punt net iets te krap. Met een smaller hoefijzer of V-vormig stuur zou dit verholpen zijn. Een echt minpuntje van de fiets is dat het bovenstuur via een indirecte besturing aan de voorvork is gekoppeld, en dat je bij elke trap langs de daarbij behorende stuurstang schuurt. Deze stuurstang loopt zo'n 10cm naast het midden van de fiets. Voor sommige kritische toeschouwers in Sloten direct een reden om zich af te vragen wat je nu eigenlijk hebt aan die omgekeerde voorvork. Een tiental schakeltjes uit je ketting, de kettingrol op veilige afstand van je knie-en, weegt dat op tegen de complexiteit van de indirecte besturing?
Prullenbak
Ja en nee. Complexiteit is relatief. Een versnellingsnaaf bijvoorbeeld is heel complex maar tegelijkertijd zeer eenvoudig verkrijgbaar bij de fietsenmaker om de hoek. Voor de testfiets is een indirecte besturing nodig die nauwkeurig werkt en geen ruimte inneemt in de breedte. Zoiets heeft ontwikkeling nodig. Een idee is om het stuur te plaatsen op een as evenwijdig aan de balhoofdas, met op beide assen een looprol en daartussen een rondlopende staalkabel met spanner. Dat kan spelingsvrij en met minimaal gewicht. Erik Hartemink heeft op zijn ligflits-variant trouwens geen last van de stuurstang, omdat hij werkt met een veel hogere zit en daardoor een onderstuur kan gebruiken. Bram Smit vertelde ons al meteen dat hij zijn gewone deelbare racer verreweg het lekkerst vindt rijden. Maar door zo'n fraai gedetailleerd prototype met omgekeerde vork te maken heeft hij ons een grote dienst bewezen. Het idee dat een voorvork naar voren moet wijzen kan definitief de prullenbak in.
Technische gegevens
Wielbasis 117.5 cm
Zithoogte 23 cm
Brackethoogte 50 cm
Zithoek 300
Naloop 4,5cm
Balhoofdhoek 100°
Wielen etrto 406
Frame stalen voordeel, aluminium achterdeel
Gewicht 16,6 kg
Prijs op aanvraag
X-Low
Terug naar het overzicht